Dit is vanwege het feit dat de dichtheid van de circuits een cruciaal punt blijft van een koelinstallatie en dat elk systeem andere beperkingen kan hebben afhankelijk van de toepassingen. Onderzoek heeft duidelijk aangetoond dat sommige koudemiddelen de ozonlaag aantastten. Maagdelijke CFK’s en HCFK’s zijn verboden. Alleen geregenereerde HCFK’s zijn toegestaan in Europa tot 31/12/2014.Alhoewel HFK’s en HFO’s een ODP van nul en een lager GWP dan de voorgangers hebben, blijft het jaarlijks lekpercentage een belangrijk vraagstuk. Lekkages hebben niet alleen een impact op het milieu, maar ook op de levensduur van een installatie. In de herziening van de F-gassen verordening komt met name de dichtheid aan de orde.
Mogelijke oorzaken van lekkend koudemiddel?
– Trilling
– Temperatuur- en drukschommelingen die leiden tot uitzetting en krimp.
– Slijtage van het materiaal.
– Slechte selectie van de bestanddelen.
– Slechte kwaliteitcontroles.
– Ongeval.
– Pakkingen.
– Transfers.
– Slecht beheerste werkzaamheden aan het circuit.
….
Naast ongevallen, zijn het in meerderheid de aansluitingen die lekken. Het betreft over het algemeen kleine lekkages, maar deze kunnen ook met tussenpozen optreden waardoor ze moeilijker zijn te detecteren.
Hoe de dichtheid van een installatie controleren?
We gaan het niet hebben over de richtlijn inzake drukapparatuur, maar wij zullen de hulpmiddelen presenteren die nodig zijn om lekkages te detecteren nadat de installatie is gevuld en in werking is gesteld.
Om de dichtheid van het systeem onder druk te controleren voordat het met koudemiddel wordt gevuld, dient het systeem met stikstof onder druk te worden gezet. Vervolgens wordt het vacuüm gecontroleerd met een vacuümmeter na het vacuümtrekken.
Verschillende middelen om een koudemiddellek te detecteren:
• Detectie met bellen – schuim producten : geschikt voor alle koudemiddelen.
Methode: dikke waterige oplossing op de te controleren oppervlakken of leidingen spuiten. Geeft aan waar het lek zich bevindt door bellen te vormen.
Beperking: niet precies genoeg voor kleine lekkages en voldoet niet aan de regelgeving, maar maakt een 1ste benadering mogelijk.
• Lekzoeklamp: uitsluitend voor gechloreerde producten zoals CFK’s of HCFK’s, staat niet toe het lek te kwantificeren.
Methode: Een vlam verwarmt een koperen plaat en wordt groen in aanwezigheid van chloor.
Beperking: niet betrouwbaar genoeg voor lekkages kleiner dan 14g/jaar. Voldoet niet aan de regelgeving.
• Detectie door fluorescentie: – Voor alle koudemiddelen en vooral aanbevolen voor geïsoleerde en weinig toegankelijke circuits, als aanvulling op elektronische detectie. Aanbevolen door de Franse wetgeving voor airconditioning in auto’s.
Methode: een compatibele fluorescerende merkstof in het koelcircuit spuiten. Na homogenisering, visuele detectie met behulp van speciale UV-lamp. De lekkages verschijnen in de vorm van geel-groene fluorescerende punten op de plek van het lek. Voordeel: een installatie hoeft niet worden bijgevuld om de lekdetectie te beginnen als het al een merkstof bevat.
De lekzone blijft zichtbaar tot de reparatie en de reiniging. De locatie wordt niet beïnvloed door invloeden van buitenaf (tocht, ventilatie, enz.).
Zeer doeltreffend in slecht verlichte ruimtes.
Beperking: Het lek kan niet worden gekwantificeerd. Moeilijker te zien (gezichtsscherpte) in sterk verlichte ruimtes. Het moet visueel toegankelijk zijn.
• Electronische detectie met verwarmde diode / door ionisatie – Voor alle onontvlambare koudemiddelen.
Methode: leidingen en elementen die het koudemiddel bevatten scannen en ‘snuffelen’.
In geval van een lek zal het koudemiddel bij aanraking met het warme oppervlak, een chemische reactie veroorzaken door ionisatie waardoor het alarm wordt ingeschakeld. De geproduceerde elektrische stroom wordt naar een collector geleid.
Detectie met keramische permeatie heeft een nog hoger gevoeligheidsniveau.
• Detectie via infraroodcellen: voor alle koudemiddelen
Methode: de gefilterde infrarood energie wordt gewijzigd in aanwezigheid van koudemiddel waardoor het alarm van het apparaat wordt ingeschakeld.
Beperking: hogere kosten.
Hoe een elektronische detector kiezen?
Om het juiste detectietoestel te kiezen dienen verschillende factoren in acht te worden genomen:
- Het type uitrusting (nieuw of al in gebruik), de omvang en het gewicht.
- De testplaats: bij de fabrikant of on site.
- De werkingsomstandigheden van de uitrusting: koudemiddel, druk, temperatuur.
- Toegankelijkheid van te controleren punten.
- Het te detecteren koudemiddel: halogeenhoudend, niet-organisch (R-717, R-744), ontvlambaar of ontplofbaar …
Wat zijn de noodzakelijke selectiecriteria voor elektronische apparaten?
- Conformiteit met norm EN 14624: neemt gevoeligheidsdrempel in beweging, onbeweeglijk, minimum detectietijd, enzovoort, in aanmerking.
- IJking.
- Geluidssignaal.
- Mogelijkheid tot jaarlijkse drempelcontrole (F-gassen verplichting).
Advies:
De filters, de batterijen en de sensor herhaaldelijk vervangen om het detectievermogen van het apparaat in stand te houden.